Als ik toen wist wat ik nu weet, denk ik wel eens.
Zo werkt het niet.
Vanochtend luisterde ik al wandelend naar een podcast over eetstoornissen en de ontbrekende schakel. Deze keer ging Loes in gesprek met vader Bjorn, en hij vertelde zijn ervaringsverhaal over zijn dochter Daphne. Het raakte mij.
Ik herkende het politieagentje spelen en de angst dat het fout zou gaan.
Bij hem om te zorgen dat zijn dochter ging eten.
Bij mij ging het destijds ook om het eten van onze zoon, vanwege zijn diabetes. De hele dag bezig zijn met koolhydraten tellen, bloedsuiker prikken. Bij warm weer vliegen de suikerwaarden naar beneden. Emoties zijn van invloed. Een gymles of een feestje… De hele dag ben je als ouder aan het monitoren:
Hoe gaat het?
Wat wordt er gedaan, gevoeld, gegeten?
En dan nog is het afwachten hoe de stand zal zijn.
Het zijn niet alleen de handelingen,
maar vooral de vele gedachten over wat er kan gebeuren
als het misgaat, of als het al mis is gegaan.
Dat is wat zoveel energie kost.
Je bent continu bezig met wat straks misschien zou kunnen gebeuren.
Terwijl er eigenlijk alleen maar nu is.
Hoe is het nu?
Dit politieagentje spelen zorgt ervoor dat je niet meer helder je kind kunt zien.
Je ziet de diabetes. Of de eetstoornis. Of het gevaar.
Maar niet je kind.
En dat doet iets met de relatie.
Er ontstaat weerstand tussen ouder en kind, steeds vaker ruzie.
Je raakt elkaar kwijt.
Dat is wel het laatste wat je wilt als ouder.
Want je houdt onvoorwaardelijk van je kind. Toch?
Of… zijn er voorwaarden?
Wat ik ook herken en terug hoor, is het hulp zoeken.
Je weet op een gegeven moment gewoon niet wat je moet doen.
Je kunt je echt hopeloos voelen.
Wat is het beste voor je kind?
Je gaat zoeken en lezen, en er is overal zóveel informatie.
Wij hadden in die tijd een heel fijn team in het ziekenhuis,
waarbij je ervan uitgaat dat zij de specialisten zijn.
Blijf vooral zelf logisch nadenken en nieuwsgierig.
Geloof niet alles wat je leest, hoort, ziet.
Maar als ouder er continu bovenop zitten dat werkt niet.
Er is niet één manier die ‘het beste’ werkt.
En dan: loslaten.
Dat klinkt makkelijk.
Maar dat vond ik zó spannend.
Hoe dóe je dat eigenlijk? En wat laat je dan precies los?
Zoveel jaar later, en met vallen en opstaan, ontdekte ik dat het niet over loslaten gaat.
Maar over laten.
Laten zijn.
Dat is iets anders.
Niet alles vasthouden of controleren, dat kan helemaal niet.
Maar het kind regie geven. Zelf laten ontdekken.
Wijsheid is er al.
Echt luisteren, zonder al bezig te zijn met je antwoord.
Zien wat er werkelijk gebeurt, zonder al in je hoofd te zitten over wat zou moeten.
Dat klinkt misschien simpel.
En dat is het ook.
Gewoon zijn.
Aanwezig.
Niet de hele tijd monitoren, niet verbeteren. Alleen maar luisteren. Kijken. Voelen.
Burn-out had bij mij meerdere oorzaken.
Alle ballen in de lucht houden.
Maar de grootste was dit: ik wilde het zó graag goed doen als ouder.
Want: wat als…?
Ik was bang voor wat het zou doen met de gezondheid van mijn kind als ik het zou loslaten of laten.
Burn-out is een verzameling van klachten op die je voelt in alle vlakken, fysiek, mentaal, emotioneel.
Waarbij je denkt dat je gefixt moet worden.
Maar dat hoeft niet.
Het gaat niet over fixen.
Het gaat over inzicht.
En over vertragen.
Wat ook spannend is, want dan komt er ruimte voor voelen.
En voelen is niet altijd comfortabel.
Maar in die vertraging…
komt er een moment dat het weer helder wordt in je hoofd.
Zo werkt het bij iedereen.
Je bent niet kapot.
Je bent gemaakt om weer terug te veren.
Fysiek én mentaal.
Het gaat over:
- Eerlijk zijn naar jezelf
- Kijken. Echt kijken.
- Luisteren.
- Voelen.
Niet wat als…
Maar: wat nu?
Inmiddels is onze zoon volwassen en hebben we samen lol, zitten we op duiken en krijg ik vaak een dikke knuffel.
Die knuffel dat is goud.